Opiniestuk: Culture, not culture

Opvallend bericht vandaag in de media (Radio2, VRT,…)

Terwijl er een massa aan tentoonstellingsruimten in Gent niet meer wordt toegewezen aan (kleinere) organisatoren, blijken de musea tijdens de paasvakantie (logischerwijs en bij gebrek aan mooi weer) overbevraagd. Tegelijk loopt nog steeds het nieuws dat men in Brussel de kunst van de 19e eeuw boven de Vlaamse meesters stelt.

Ik vraag me af wat de beweegreden is achter het feit dat grote musea mogen open gaan en de kleinere – doch erg ruime – tentoonstellingszalen onder dezelfde voorwaarden dan de musea NIET mogen open gaan. Waarom mag een museum openen?

  • ze houden rekening met het aantal bezoekers per m² en verluchten de ruimte
  • ze voorzien regelmatig ontsmettingsgels
  • er wordt bezocht op reservatie zodat dat aantal bezoekers per m² onder controle is
  • de reservatie = traceerbaarheid
  • verluchten loopt via de aircosystemen (het is niet dat men in een museum de venster even open zet)
  • mensen kruisen mekaar niet via een éénrichtingsparcours (mag ik vanuit ervaring hierbij toch kuchen?)
  • bezoekers dragen een mondmasker, sommigen onder de neus en mogen het afzetten als G4S niet kijkt of wanneer ze iets willen zeggen aan mekaar.

Wat kan je doen in een tijdelijke tentoonstellingsruimte?

  • je houdt rekening met het aantal bezoekers per m² en verlucht de ruimte
  • je voorziet regelmatig ontsmettingsgels
  • je zorgt ervoor dat er wordt bezocht op reservatie zodat dat aantal bezoekers per m² onder controle is
  • de reservatie = traceerbaarheid
  • verluchten loopt via meerdere open vensters, dan is er zeker voldoende luchtverversing
  • je zorgt ervoor dat mensen mekaar niet kruisen via een éénrichtingsparcours
  • omdat je je eigen werk/expo toch in het oog houdt, zie je dat iedereen altijd een mondmasker correct draagt en dat de afstand onder bubbels gerespecteerd blijft
  • de expozaal heeft 2 deuren die wat uit mekaar liggen? Prima: er is geen kruispunt

Ik zie het verschil niet. In tegendeel: ik zie een miniatuur bloei van de lokale cultuursector (die meer is dan cafés en podia), mensen die eens op een andere manier buiten mogen, veel meer controle op de coronamaatregelen dan bij de klassieke musea (die het ook niet slecht doen, laat me daar toch wel héél duidelijk in zijn).

Gents beleid? Waar blijven jullie? Achter? Hoe lang nog?

357/365: ik doe het zelf wel

Ik heb me niet echt uitgesproken over de hele heisa rond “subsidies” in de cultuursector. Ik noteer “subsidies” omdat men het binnen de cultuursector graag “investeringen” zou willen noemen.

Natuurlijk heb ik een gedacht/visie over subsidies aan cultuur. Al moet iedereen die voor subsidies in de culturele sector ook moet beseffen dat je geld maar 1x kan uitgeven. Geld aan cultuur kan dus niet naar andere doelen gaan (ik laat het aan u om deze doelen zelf in te vullen, van “ze zouden beter” tot “ze moeten niet”)…

Wat mij blijft opvallen is dat de toneelsector meteen het publiek op het podium krijgt, de muziekmakers samen een lied zingen. De beeldenmakende sector daarentegen, grote (gesubsidieerde) organisaties die…doen niets. Iets klein, lokaals in het beste geval. “Maar het SMAK was toch een dag gesloten” hoor ik u al zeggen…Laat ons nu eerlijk zijn, een museum sluiten voor een dag daar hebben de medewerkers alleen een leuke dag aan en dat is een beetje als geen rijdende treinen of bussen: de bezoeker heeft er geen zak aan! Daarmee bekom je alleen maar het gevoel dat het beter is dat het museum permanent zijn deuren sluit. En als dat de beste actie is die het SMAK kan verzinnen, dan mag ik ook wel besluiten dat dat museum maar héél erg weinig progressief is in haar acties. Mah bon, mijn betoog was eerder van: waarom komt er geen oproep voor de beeldende kunsten om zich bvb te verzamelen op een plein, breng 1 kunstwerk mee en toon aan de mensen wat ze missen als er geen steun meer komt. Maar de beeldenmakers zijn niet gewoon om samen te werken, ze werken alleen. En daar knelt het/mijn schoentje. Al jaren zijn het individualisten die mekaar als afkijkers en rechtstreekse concurrenten beschouwen. Staan we samen dan niet sterker?

Maar dan subsidies…Stel dat de subsidies niet worden geknipt. Droom dat ze zelfs terug naar de volle 100% van vroeger gaan. Waar gaan die subsidies dan naartoe? De grote happen gaan naar de grote klassieke huizen. Voor Gent is dat NTGent, Vooruit, de klassieke musea, Nucleo, kunstscholen, CJK,… Huizen die allemaal politiek verzuild zijn en waar je niet zomaar binnen geraakt. Je moet of geselecteerd zijn door de (gekleurde) jury of je moet zelf de juiste lidkaart in handen hebben. Dit maakt het voor de individuele kunstenaar en onafhankelijke organisatie erg moeilijk. Deze laatsten krijgen geen subsidies of de kruimels die overblijven nadat de slokoppen de taart hebben binnen gespeeld. En dan zou ik durven stellen dat er dringend een herstructurering van die subsidies nodig is. Binnen de politiek verzuilde instellingen maar evengoed dient te worden geïnvesteerd in efficiëntie en deftig management. We moeten er ook geen doekjes om winden:  de cultuursector is niet zo goed met het kwaliteitsvol besteden van de subsidies.

Als derde wil ik de Dienst Cultuur van Stad Gent citeren: “1/ Structurele kosten of kosten van investeringen op lange termijn komen niet in aanmerking voor de projectsubsidie.” De subsidie van Stad Gent is niet de subsidie die Jambon knipt maar ik kan mij niet ontdoen van de gedachte dat Stad Gent haar eigen subsidies 100% vanuit eigen stadsbelastingen haalt. Dus lees het goed: investeringen komen niet in aanmerking (voor organisatoren van projecten). Daarbij kan je je de bedenking maken: dus als een organisatie wil duurzaam investeren, een aankoop maken om meerdere keren te gebruiken over meerdere organisatoren en expo’s, dan krijgen ze daarvoor geen steun van Stad Gent. Dan vraag je mij wel “maar dan krijg je in ruil wel de drank en het eten terug?”  Ik citeer dan weer Stad Gent: “2/ Kosten verbonden aan catering komen eveneens niet in aanmerking voor een projectsubsidie” En dan krijg ik als individueel kunstenaar en organisator heel veel lood in de schoenen. Zo bvb toen ik vroeg aan Stad Gent om samen te investeren in permanente LED-verlichting voor De Campagne (geschatte kostprijs rond de 1000euro) kreeg ik een robuuste “njet”. Dat is een investering. Mijn argumenten dat het veel veiliger (brandgevaar) is, dat het voor alle komende tentoonstellingen kan gebruikt worden voor eender welke organisatie,…etc Het kon niet baten. Njet is njet. En op die momenten wil ik dan wel ’s weten, hoeveel mensen komen naar al die kleinschalige projectjes in de buurt, projectjes die gratis zijn en voor een breed publiek toegankelijk tov de grote huizen. Hoeveel van de artiesten, kunstenaars, cultuurmakers (waaronder bv ook technici) beginnen hun carrière bij die kleine organisaties? En waarvan de grote huizen de (financiële) parels oprapen met de inspanningen die de kleintjes voor hen hebben geleverd?

Binnen het organiseren heb ik het van de 20jaar 14jaar gedaan zonder subsidies. Dat ging ook. De laatste, grote events zouden zonder de subsidies van Stad Gent niet mogelijk zijn. Ik ben hen daarvoor erg dankbaar. De subsidie dekt ongeveer 20% van de kosten. Maar het kan beter, het kan efficiënter, het kan kwalitatiever en doeltreffender.

 

Kunst voor iedereen

Vandaag las ik dit artikel van Jurgen Bockstaele (en een beetje van Rudy Coddens)

https://www.s-p-a.be/artikel/cultuurbeleving-is-een-belevingsrecht-voor-iederee/

Ik vind het mooi dat ze openlijk hun bezorgdheid uiten rond cultuurbeleving in Gent. Dat er bakken geld gaat naar de cultuurhuizen en dat, ondanks de UIT-pas, cultuur nog niet voor iedereen toegankelijk is. En terecht.

In mijn eerdere blogs had ik het al over mijn verbazing hoe, wanneer in gekleurde wijken, maar weinig interesse is in cultuur/kunst. En dat is net waar het om gaat. Cultuur werkt niet alleen door prijzen laag te houden door (grote) cultuurhuizen te gaan (over)subsidiëren. We moeten eerlijk zijn, cultuur – en dan heb ik het voornamelijk over kunsten – is iets voor wie het interesseert. Net als macramé, om maar iets te noemen. Of voetbal. Dat laatste interesseert mij geen moer en dus mag je mij nog gratis tickets geven voor een match, ik ga er niet naartoe. En hetzelfde doet zich voor met kunst. Wie geen interesse heeft in het bezoeken van een tentoonstelling zal daar ook niet naartoe gaan.

m1280x1024

Maar het gaat verder. Cultuur is ook cultuurgebonden en kunst is dat zeker. Daarom zal je in mono-cultuurwijken scoren met bepaalde kunst en in andere wijken niet. Laat ’t mij bij naam noemen, in een moslimwijk scoor je niet met klassieke naakten. Een kunstvorm die wij, in onze cultuur, al sinds de Grieken en de Romeinen weten te waarderen. Net zoals je mij zelden in De Centrale zal zien.

Wat spijtig is bij dit soort stellingen, is dat men het dikwijls heeft over de grote cultuurtempels (Vooruit, NTGent-groep,…) en daarmee op zijn minst de indruk geeft dat kleinschalige initiatieven hetzelfde lot ondergaan. Vanuit mijn ervaringen durf ik te stellen dat kleinere initiatieven dikwijls veel laagdrempeliger zijn dan het aanbod in de grote cultuurhuizen. Ik licht even toe: vooreerst zijn de prijzen dikwijls pakken lager (in een wijklokaal/Bij de vieze gasten betaal je geen 20euro voor een toneelticket), er is doorgaans geen dresscode, buurtbewoners worden betrokken (organisatoren zijn mensen die ze kennen of ze kennen mensen die optreden of ze gaan mee met vrienden of..), lokale initiatieven zorgen dikwijls ook voor een lokale bekendmaking (affiches bij de bakker, flyer in de bus,…)… Maar, en daar geloof ik nog het meeste in, dit soort initiatieven vragen weinig moeite van de buurtbewoners. Ze moeten er hun wagen niet voor nemen en er komen geen parkeerkosten bij. Zodoende gaan ze liever eens snel naar die voorstelling 3 straten verder dan (alweer) een avond te zitten zappen voor TV.

En daarom is het goed (meer) subsidies te voorzien voor deze kleinschalige initiatieven!

En mag ik dan dit kleine momentje aangrijpen om ook de stad aan te porren tot verbetering van het beleid? Wist je dat je als organisator van een tentoonstelling geen beroep kan doen op “feestneus zoekt artiest”? Een gemiste kans om bij een tentoonstelling een lokale muzikant te promoten voor een breed publiek. En nog iets; wie een “receptieve ruimte” afhuurt met het oog op het organiseren van een tentoonstelling tvv een goed doel…die moet daarvoor 100euro aan de stad betalen. Het reglement laat immers niet toe om kosteloos een evenement te organiseren met verkoop. Een gemiste kans om een bijdrage te leveren aan “kom op tegen kanker” of “onderzoek tegen muco”. Kortom: stadsbestuur, betrek uw (kleine) lokale – niet 9000 – organisatoren eens bij het uitstippelen van de reglementen. Het zal zoveel meer deuren open zetten naar cultuur.